![[Foto van de Auteur]](../../common/images/CarlosAndresPerez.jpg) 
 
    original in es Carlos Andrés Pérez
es to en Juan Manuel Triana
en to nl Guus Snijders
Gespecialiseerd in Molucelaire Simulatie, Kandidaat Phd in Biotechnology. Technisch adviseur voor de Grupo de Investigación en Educación Virtual (GIEV) Virtual Education Research Group. Addres: Universidad Santiago de Cali, Calle 5ª carrera 62 Campus Pampalinda, Cali – Colombia.
![[Illustratie]](../../common/images/article312/edu.gif) 
 
    Op dit moment biedt virtuele educatie ons, onder meer, directheid,
    tele-aanwezigheid en interactie en verschilt van de conventionele 
    model voor hoger onderwijs. 
     Verschillende onderwijs theorieën kunnen worden toegepast op dit
    soort virtuele omgevingen, zoals Piaget, Vigotsky [2] en Dewey. De 
    gezamelijke leer-omgevingen bereiden de student voor op: [1,4]:
De enorme groei van het Internet heeft geresulteerd in de creatie
    van coöperatieve en collaboratieve omgevingen die grenzen 
    overscheiden. Nu kunnen de studenten buiten hun dagelijkse omgeving
    gaan om betrokken te raken in avonturen met partners van ieder deel
    van de wereld. Dit soort werk, ontwikkeld door het net, bestaat uit
    projecten in de vorm van didactische ervaring die moet plaatsvinden in
    groepen, waarbij de deelnemers niet slechts penvrienden zijn maar een
    team dat een oplossing zoekt. In de planning van deze activiteiten is
    het heel belangrijk om effectieve communicatie te hebben, communicatie
    en interactiviteit zijn dus nodig en fundamenteel [3]. 
     Iedere dag zijn de multimedia applicaties die worden gebruikt voor 
    voor het leren rijker en verder geïntegreerd, ook is het 
    krachtige platform van de Communicatie en Data Network in verscheidene
    formaten toegepast voor de Grupo de Investigación en
    Educación Virtual de la Universidad Santiago de Cali
    (GIEV: http://cvw.usaca.edu.co) Virtual Education Research
    Group in het bouwen van pedagogische omgevingen. Het staat bekend
    om de flexibiliteit, handig gebruik en het leveren van informatie in
    electronisch formaat. Deze omgevingen komen de leerprocessen en het
    onderzoek van de studenten ten goede. Een van de doelen van deze 
    onderzoeksgroep is om de directie en leraren van de universiteit te
    leiden naar een beter beheer van de technische bronnen, met een brede
    en duidelijke visie van hun mogelijkheden en rollen in de educatieve
    omgeving. 
     Al dit denk-onderzoek is gebaseerd op het idee dat de technology op
    zichzelf niet voldoende is om de kwaliteit van een educatief systeem
    te leveren, maar het geplande gebruik en de critische adoptie is
    gebaseerd op de karakteristieken en de geleerde lessen en het 
    onderzoek in verschillende contexten. 
    
Virtueel Onderwijs is meer dan alleen een methode voor 
    leren-op-afstand of een associatie met de programma's in dat formaat.
    De GIEV onderzoekt de mogelijkheden voor nieuwe technology-gebaseerde
    scenarios om zo alternatieven te bieden voor het huidige curriculum,
    met nieuwe virtuele omgevingen die extra waarde bieden aan de 
    onderwijsmodellen op verschillende niveaus.
    
    
     Met deze regels begonnen we een serie acties om het 
    virtueel onderwijs te implementeren. Eerst binnen ons instituut, 
    om de mogelijkheden met betrekking tot coördinatie inspanningen
    en menselijke, technische en logistieke bronnen te bekijken voor een
    taak die belangrijke veranderingen teweeg kan brengen in de dagelijkse
    activiteiten en die vervolgens te projecteren op de gehele academische
    gemeenschap. Het Virtuele OnderwijsProject levert niet alleen de 
    mogelijkheid om nieuwe vormen van onderwijs te genereren maar ook een
    verbetering van het proces dat in de laatste tien jaar is veranderd,
    vooral door de adoptie van nieuwe technologiën met een groeiende
    invloed op de maatschappij.
    
De basis van het probleem om dit werk te formuleren was als volgt in concept gebracht:
Wat zijn de condities, criteria en methoden die nodig zijn voor de
    ontwikkeling van onderwijs scenarios die zijn gebaseerd op 
    technologie en de voorkeur geven aan nieuwe manieren en nieuwe 
    relaties tussen student en leraar?
     In onze eerste benaderingen met de richtlijnen vonden we een brede
    reeks vragen die tijdens twee jaar vergaderen en testen werd beperkt
    naar:
    
     Wat is de betekenis van Onderwijzen in Technology?
     Wat zijn de bases om media in het curriculum op te nemen vanuit een
    pedagogisch gezichtspunt?
 
     Wat zijn de bestaande relatie(s) tussen de onderwijzers en de 
    studenten in een universiteit, met de technologische bronnen voor 
    communicatie en informatie?
     Welke wetenschappelijke, pedagogische en computer aspecten zijn nodig
    voor de juiste inlijving van technology in educatieve processen?
     Welke wetenschappelijke, pedagogische en computer aspecten zijn nodig
    om een Virtuele Educatie Model op de universiteit toe te passen?
     Hoe beïvloeden deze technische apparaten de leer- en onderwijs
    dynamieken?
     Als we spreken over Virtuele Educatie, denken we er dan aan als een
    Onderwijs-op-Afstand?
    
De beslissing van onderzoek op het gebied van techniek was toegepast op het curriculum dat werd gebruikt in de Universiteit van Santiago de Cali. Het idee is nu dat over enige tijd de onderwijzers, studenten en afstuderenden van verschillende niveaus analytische mogelijkheden kunnen ontwikkelen en toepassen op het gebied van nieuwe instrumenten en de communicatie kanalen.
Het model dat werd gekozen voor de cursus was die van 
    Collaboratief Leren. Het technische platform was gebaseerd op Open 
    Source Tools. Het gebruikte besturingssysteem was Linux, dat bood een
    geweldige stabiliteit, snelheid en betrouwbaarheid als server. 
     Als belangrijkste software gebruikten we Claronline
    (http://www.claroline.net/), UNESCO goedgekeurd en open source, 
    gemaakt in PHP, daardoor eenvoudig aan te passen, complementeren of
    te gebruiken voor verdere ontwikkeling. 
     Voor de databases gebruikten we MySQL, met een dagelijks gemiddelde
    van 80 gelijktijdige gebruikers. 
     De gebruikte hardware was erg goedkoop omdat Linux kan worden 
    gebruikt op PCs. Hierdoor instituut kon zijn eigen technische bronnen
    in deze vroege stappen (planning, ontwikkeling, testen) gebruiken, 
    zonder geld te spenderen aan dure servers. 
    
Met het gebruik van de gezamelijke virtuele werkruimten, software tools en het collaboratief leren model, hebben we het volgende bereikt:
Deze en andere redenen verzekeren ons dat de college processen in virtueel en afstands onderwijs kunnen worden uitgebreid tot vele nationale en internationale plaatsen.
[1] Manuel Antonio Unigarro Gutiérrez,
    Educación Virtual: Encuentro Formativo en el
    Ciberespacio. Editorial UNAB, Bucaramanga, Colombia, 2001.
     [2] Luz Adriana Osorio Gómez, capítulo
    “Aprendizaje en Ambientes Virtuales y
    Colaborativos” del libro “Los Computadores en la
    Nueva Visión Educativa”, Escuela Colombiana de
    ingeniería, 2000.
     [3] Propuesta de Integración de las Tecnologías
    de Información y Comunicaciones a los Centros Escolares
    de Fe y Alegría. http://www.feyalegria.org
     [4] José Guadalupe Escamilla, “Selección y
    Uso de Tecnología Educativa”, segunda
    edición, Trillas, ITESM, 1999.